Ik zou nu nóóít meer dokter worden!

De vakgroep met negen medisch specialisten zit vandaag bij elkaar, weg van het ziekenhuis maar niet al te ver weg. Ze hebben goede waarneming geregeld, zodat  de kans dat een van hen weggeroepen wordt minimaal is.

De reden om vandaag bij elkaar te komen is dat deze specialisten pittige jaren achter de rug hebben. Door ziekte en zwangerschap en niet te vergeten door de enorme impact van COVID. Eerlijk gezegd lopen ze op hun tandvlees, al zegt niemand dat hardop. Ergens in de ochtend eindigt een van de dokters zijn verhaal met de woorden: “Ik zou nu nóóit meer dokter worden!” Zo, dat is er uit. Hij schrikt er zelf een beetje van en komt er later op terug.

Productie, productie, productie
“Begrijp me goed, ik houd van mijn werk. Ik ben er goed in en heb het vak gekozen dat goed bij me past. Dat verveelt me nooit. Mijn patiënten vervelen me nooit. En toch, als ik geweten had wat er allemaal bij komt kijken, dan moet ik zeggen dat er veel is wat me tegenvalt. En dan heb ik het niet alleen over de zwaarte van het dienstrooster. Wat mij het meeste pijn doet is dat het ziekenhuis niet kan bestaan zonder ons, maar dat ik me niet gezien en gehoord voel. Alsof het hier alleen maar over productie, productie, productie gaat. En we krijgen steeds meer neventaken. Soms vraag ik me af of ik toch niet beter bedrijfskunde had kunnen studeren.”

Wéér een vergadering
Deze specialist is niet de enige met ambivalente gevoelens ten aanzien van zijn werk. Je wordt dokter omdat je anderen wilt helpen, omdat je je talenten in wilt zetten of omdat dat nu eenmaal van jongs af aan je droom is. In de eerste jaren is alles gericht op de volgende stip aan de horizon. Dan wordt je na jarenlang ongeloof hard werken een gevestigde medisch specialist. Je werkt in een hoog-complexe werkomgeving waarin je niet alleen een goede dokter moet zijn voor je patiënten en een fijne collega in de vakgroep. Ook daarbuiten zijn er steeds meer mensen die iets van je willen. Wéér een vergadering. Nog meer neventaken. Wéér ergens komen opdraven.

Werkplezier onder druk
Wat te doen als je merkt dat het begint te wringen? Als de balans tussen je werk en privéleven weer scheef dreigt te lopen. Als je merkt dat je niet meer goed oplaadt. Wanneer je plezier in het werk onder druk komt te staan. Daar is geen eenduidig antwoord op te geven, simpelweg omdat ieder mens uniek is. Wat voor jou werkt hoeft voor een ander niet te werken.


Kijk het beest in de bek
Wat wél voor iedereen geldt is het volgende. Als je merkt dat het werk je fysiek, mentaal of emotioneel steeds zwaarder valt, of als je je regelmatig afvraagt of je nog wel het juiste werk doet, neem dan de ruimte om stil te staan bij jezelf. Bij wat je voelt, denkt en ervaart. Durf het beest in de bek te kijken, ook al is dat spannend. Hoe stilstaan er voor jou uitziet, dat is aan jou om te bepalen. Maar doe het wel, kies de weg die het beste bij je past, wees geduldig en heb compassie met jezelf. En durf erop te vertrouwen dat in de ruimte die jij voor jezelf creëert, inzichten ontstaan waar je verder mee kunt. Echt waar.

_______________________________________

Leergang Persoonlijk Leiderschap

Meer innerlijke rust. Meer energie. Meer werkplezier.

40 nascholingspunten

Dick Houtman